Door maatregelen en bezuinigingen van het Rijk is de gemeente Utrecht genoodzaakt de regels voor een bijstandsuitkering aan te passen. Het college neemt vooral maatregelen om de instroom in de uitkeringen te beperken en zet al het beschikbare geld in om meer mensen aan het werk te helpen. Waar de nieuwe regels van het Rijk de ruimte geven, wordt extra aandacht gegeven aan kwetsbare groepen en kiest het college voor een sociaal beleid.
Op 1 januari 2013 wil het kabinet de nieuwe Wet Werken naar Vermogen invoeren. Daarop vooruitlopend heeft de Tweede Kamer onlangs een wijzigingswet aangenomen die naar verwachting 1 januari 2012 zal ingaan. Daarmee wordt de Wet werk en bijstand op verschillende onderdelen aangescherpt en de Wet investeren in jongeren ingetrokken. Deze landelijke wijzigingen zorgen ervoor dat Utrecht zijn gemeentelijk beleid moet aanpassen. Eén van de meest ingrijpende gevolgen van de nieuwe wet is het invoeren van een huishoudtoets waarbij de hoogte van het gezamenlijk inkomen van het huishouden bepalend is voor het recht op uitkering; veel mensen zullen hierdoor hun uitkering verliezen. Ook wordt de grens voor het minimabeleid (bijvoorbeeld voor de U-pas) beperkt tot huishoudens met een inkomen tot maximaal 110 procent van het bijstandsniveau. Deze grens is in Utrecht nu 125 procent.
Naast deze landelijke verplichte wijzigingen, neemt de gemeente Utrecht zelf een aantal maatregelen om het tekort op het bijstandsbudget terug te dringen. Zo wordt de uitstroom- en deeltijdpremie opgeheven en zal de gemeente uitkeringen sneller en met hogere bedragen verlagen bij verwijtbaar gedrag. De zoektermijn voor jongeren (vier weken) wordt in Utrecht ook van toepassing op volwassenen met een beperkte afstand tot de arbeidsmarkt en aan mensen met een bijstandsuitkering zal een nog nader vorm te geven tegenprestatie gevraagd worden. Tot slot zal de stagevergoeding voor jongeren worden stopgezet.
geen Reacties
ReagerenEr zijn nog geen reacties geplaatst.