De lokale fractie van de ChristenUnie heeft het Utrechtse collega van burgemeester en wethouders gevraagd om inzage te verschaffen in de toekomstige leegstand van gemeentepanden. De geplande opleveringsdatum van het Stadskantoor is begin 2014, dan zullen de gemeentelijke diensten er hun intrek nemen. De vraag wat de gemeente gaat doen aan de leegstand die ze mogelijk achterlaat, begint volgens de ChristenUnie dan ook steeds relevanter en urgenter te worden. Reden voor de partij om daar op te focussen. 

Fractievoorzitter Mirjam Bikker ligt het verzoek van de ChristenUnie als volgt toe: ‘De gemeente vraagt van bedrijven in de stad dat ze verantwoord omgaan met nieuwbouw en niet te gemakkelijk panden leeg achter laten voor een nieuw project. Die maatschappelijke verantwoordelijkheid heeft de gemeente net zo goed voor de gebouwen die ze zelf achterlaat. De verhuizing naar het nieuwe stadskantoor mag niet leiden tot structurele leegstand in de gebieden en verpaupering van de locaties die achtergelaten worden.’ Ook ziet de ChristenUnie kansen voor de panden die achtergelaten worden. Door deze op te knappen of een nieuwe functie te geven kan de leefomgeving aantrekkelijker gemaakt worden. In de vragen wordt daarbij specifiek gevraagd naar de Neudeflat, de Jacobsstraat en de Kaatstraat. De ChristenUnie vraagt naar de ambities van de gemeente en welke rol het college voor zich ziet. 

In een open brief van 4 april aan stad en provincie deed ook de Utrecht Development Board (UDB) een oproep aan bestuurders om tot een (pro)actieve en integrale aanpak van leegstand te komen. Door economische en maatschappelijke factoren dreigt ook in de stad en provincie Utrecht grote en structurele leegstand van kantoren en andere gebouwen. Met de uitkomsten van een succesvol ‘Stadslab Leegstand’, gaf de UDB in haar brief een aantal adviezen vanuit de visie: ‘Leegstand biedt Utrecht kansen.’