Volgens het Utrechtse college van burgemeester en wethouders is de enquête aantrekkelijkenbereikbaar.nl bedoeld als aanvulling op de rondetafelgesprekken en niet als wetenschappelijk onderzoek. Dat meldt het college in antwoord op eerdere vragen van de lokale fractie van de VVD over de insteek van de enquête. De VVD stelde dat de suggestief geformuleerde vragen in de enquête vooral het vooringenomen standpunt van het college bevestigen in plaats van burgers de gelegenheid te bieden om hun eigen afgewogen mening te geven.

‘Doorzichtige vooringenomenheid’. Zo kwalificeerde de VVD eind mei de keuzes die het Utrechtse college van burgemeester en wethouders haar inwoners biedt in een digitale enquête over een schonere, mooiere en goed bereikbare stad. Op aantrekkelijkenbereikbaar.nl vraagt het college Utrechters mee te denken over de gemeentelijke ambities. De website is bedoeld om de beleidsnota ‘Utrecht aantrekkelijk en bereikbaar’ aan te scherpen, omdat deze door de gemeenteraad is teruggestuurd voor verbetering. Het college wekt de indruk de mening van Utrechters te willen weten, maar de vragen wijzen, volgens de VVD, allemaal in één richting: die van de opvattingen van het college zelf. Op de webpagina krijgen bezoekers elf dilemma’s over parkeerproblemen in Utrecht voorgelegd, waarbij ze elke keer tussen twee antwoorden kunnen kiezen. De VVD is van mening dat een belachelijke en vooringenomen manier van vragenstellen is gebruikt. VVD-woordvoerder Willem Buunk: ‘Geparkeerde auto’s worden lelijk genoemd en parkeren op een P+R met een overstap op een tram die pas in 2018 rijdt, wordt als een kleine ‘tussenstop’ weggezet. In de vragen wordt de suggestie gewekt dat de uitbreiding van betaald parkeren nodig is voor parkeervoorzieningen en een betere aanpak van overlast door foutparkeren. Dit College roomt nu al jaarlijks miljoenen euro’s van de parkeeropbrengsten af voor uitgaven aan heel andere dingen; iets waar de VVD zich fel tegen verzet. Dat geld is nodig voor gebouwde parkeervoorzieningen, zodat ruimte ontstaat voor ander gebruik van pleinen en grachten in de binnenstad en voor pleinen en parken in woonbuurten.’ 

Volgens het college is de enquête bedoeld als aanvulling op de rondetafelgesprekken met onder andere wijkraden, wijkbureaus, ontwikkelaars, woningcorporaties etc. en niet als wetenschappelijk onderzoek. Dit terwijl de wijkraad Binnenstad eerder al een meer verantwoorde enquête heeft uitgevoerd waaruit blijkt, dat lang niet alle plannen van het college op instemming van de bewoners van de stad kunnen rekenen. In de bespreking van de beleidsnota kon de kritiek van de VVD op bijval rekenen van andere fracties. De vooringenomen enquête is volgens de VVD dan ook niet de manier waarop het college de mening van bewoners moet peilen. De partij vertrouwt erop dat de voorspelbare uitkomsten op de suggestieve vragen in de prullenbak verdwijnen. Volgens de VVD kregen alle vragen in de enquête namelijk de door het college gewenste uitkomst.